In een periode dat een foto een luxe is en slechts een enkeling een camera bezit, fotografeert Tonnis Post aan het einde van de negentiende eeuw de onomkeerbare intrede van de moderne tijd. Tegenwoordig is de naam van deze fotograaf vrijwel vergeten, maar velen zullen zijn opnames kennen van arme bewoners van plaggenhutjes. Deze foto’s maken onderdeel uit van een veel uitgebreider oeuvre waarin Post de vooruitgang van de maatschappij vastlegt. Fabrieken worden gebouwd, de eerste mechanische landbouwapparaten worden in gebruik genomen, kanalen worden met de hand gegraven en het stoomtramspoor van Ter Apel naar Delfzijl wordt aangelegd. Tonnis Post is erbij en legt alles haarscherp vast.

Met zijn grote, houten platencamera en zijn zware schoudertas vol glasnegatieven doorkruist Tonnis Post Oost-Groningen op de fiets. Hobbelend over modderige paden, want verharde wegen zijn er nog niet. Het waterschap, de stoomtrammaatschappij en een bedrijf in landbouwapparatuur behoren tot zijn belangrijkste opdrachtgevers. Daarnaast fotografeert hij vier jaar lang de onderste laag van de bevolking van Westerwolde. Deze foto’s getuigen van een manier van leven die niet meer bestaat: armlastige Groningers voor hun half ingegraven plaggenhutten; kinderen in krappe bedstedes waar varkens of schapen omheen scharrelen; gezinnen met een tiental kinderen poserend voor een kleine, vervallen boerderij.
Dirk Kome raakt zo gefascineerd door de foto’s die hij van Post kent dat hij een uitgebreide zoektocht start naar meer beeldmateriaal. Het is geen gemakkelijk onderzoek aangezien men Post nauwelijks nog van naam kent. Daarom wordt gezocht op basis van onderwerpen en opdrachtgevers. Kome bezoekt archieven en spreekt met nazaten van geportretteerden. Hij doet oproepen via lokale radiozenders en kranten; hij vraagt mensen de oude albums van grootouders na te pluizen en stoffige schoenendozen op zolder om te keren. Dirk Kome weet op deze manier ruim duizend foto’s bijeen te brengen. Gedreven door zijn nieuwsgierigheid keert hij telkens met het nieuwgevonden beeldmateriaal terug uit Groningen naar zijn woonplaats Amsterdam.

Het Groningen van toen en nu

Aan de hand van de foto’s van Post onderzoekt Dirk Kome wat er over is van wat Tonnis Post destijds heeft vereeuwigd. Ruim honderd jaar nadat Post zijn iconische foto’s maakte, doorkruist Kome met zijn camera Oost-Groningen - niet op de fiets maar heel comfortabel met de auto. Terwijl door de zoektocht naar foto’s langzaam maar zeker een beeld ontstaat van de omvangrijke carrière van Tonnis Post en daarmee ook van Nederland rond de Eerste Wereldoorlog, creëert Kome zelf nieuwe beelden in de voetsporen van zijn Groningse voorganger. Dit project dat hem tweeënhalf jaar lang bezig houdt is een vorm van zogeheten ‘re-photography’. Kome brengt in beeld wat er terecht is gekomen van de projecten die Tonnis Post heeft vastgelegd en portretteert de nazaten van Groningers die door Post ooit zijn vastgelegd. Wonen de nazaten van de welgestelden onder hen nog steeds op stand? Hoe vergaat het de kleinkinderen van de plaggenhutbewoners? Heeft de kanalisatie de verwachte welvaart gebracht? In de tentoonstelling in Fotomuseum Den Haag komen de foto's van Tonnis Post en Dirk Kome samen. Post krijgt daarmee bijna een eeuw na zijn dood alsnog museale aandacht. Een selectie uit zijn oeuvre wordt getoond in dialoog met foto’s van Dirk Kome.

Tonnis Post 

Tonnis Post wordt in 1877 geboren in Loppersum. Na zijn opleiding tot fotograaf aan de Kunstacademie Minerva neemt hij in 1901 een “Photo-Atelier” in Winschoten over. Behalve het fotograferen van de stroom aan mensen die naar zijn studio komt, trekt hij regelmatig voor opdrachtgevers de provincie in. Met zijn foto’s van het dagelijks leven van armlastige Groningers belandt Tonnis Post onbedoeld in het rijtje van internationale fotografen zoals Jacob Riis en Lewis Hine. Hun foto’s vragen om maatschappelijke en politieke aandacht en dragen daardoor uiteindelijk bij aan de verbetering van de leef- en woonomstandigheden van de minstbedeelden. Na de dood van Post in 1930 wordt zijn studio ontmanteld en worden zijn glasnegatieven weggegooid. De man die de familieleden van velen heeft vereeuwigd, raakt hierdoor zelf in de vergetelheid.

Dirk Kome

Dirk Kome (1976) is afkomstig uit Rockanje waar zijn vader en broer nog steeds een boerenbedrijf hebben. Hij studeert aan de Gerrit Rietveld Academie en aan de Rijksakademie in Amsterdam. Als fotograaf legt hij in zijn werk verbanden tussen wat is en wat is geweest. Over het boerenbedrijf van zijn familie maakt hij in 2015 de publicatie Rockanje.

Publicatie

Bij de tentoonstelling verschijnt de publicatie Fotografen van de vooruitgang, vormgegeven door Tessa van der Waals. (Lecturis, ISBN: 9789462262676).
De tentoonstelling is tot stand gekomen in nauwe samenwerking met onder meer de Groninger Archieven, het Nederlands Openluchtmuseum, het Waterschap Hunze en Aa’s en bijna honderdparticuliere bruikleengevers. Het Mondriaan Fonds en Kunstraad Groningen hebben een financiële bijdrage geleverd voor de realisatie van dit project. Na het Fotomuseum Den Haag zal de tentoonstelling dit najaar doorreizen naar het MOW|De Oude Wolden in Bellingwolde.

Het Fotomuseum Den Haag dankt hoofdsponsor Pels Rijcken & Droogleever Fortuijn advocaten en notarissen, en het Erik Bos Fonds voor hun ondersteuning.